KNSB D1: Philidor Leiden op bezoek
Ja, het was al gedaan. Ja, het was om des keizers baard. Nee we zouden het niet cadeau geven.
Met twee invallers onzerzijds tegenover een zevental Leidenaars, waren er kansen op een overwinning.
Een mooi affiche aan het eerste bord. Frank Erwich (2372) – Mark Timmermans (2403), de meesters van het schaakspel hielden elkaar op remise. Het punt cadeau aan bord 2 mocht niet baten. Het gemiddelde ratingverschil aan de onderste borden voorspelde een moeilijke middag.
In zijn debuut in de 2e klasse hield voorzitter Arend van Grootheest het lang vol tegen schaaktalent Thijs Roorda. Met zwart remise maken was volgens plan geweest. Plannen komen niet altijd uit: naast de remises aan de bovenkant verloren we alles met zwart aan de onderkant.
We hadden ons nóg zo goed voorbereid op de Leidenaars:
Om een goed figuur te slaan in de mogelijke toreneindspelen hadden we de stelling van Philidor nog maar eens doorgenomen. François-André Danican Philidor (1726 – 1795) was een Franse schaker, musicus en componist. Wellicht de sterkste schaker van zijn tijd. Qua componeren is tijdgenoot Joseph Haydn beroemder geworden.
De belangrijkste kenmerken van de Philidor-positie:
- de koning van de verdedigende partij bezet het promotieveld van de pion (of het veld ernaast)
- de pion van de sterkere partij heeft nog niet de zesde rij bereikt
- de koning van de sterkere partij is niet verder gevorderd dan tot de vijfde rij
De verdedigende partij moet zorgen dat de koning van de aanvallende partij niet verder komt dan de vijfde rij. Dan is het remise. Met zwart aan zet is dat hier vrij overzichtelijk: 1…Tg6! Hierna is het steeds “switchen” tussen de zijkant en de achterkant. Houd de toren op de derde rij (vanuit de verdediging bezien) totdat de pion speelt. Ga vervolgens naar de onderste rij en geef net zo lang schaak totdat je tegenstander ook inziet dat het remise is.
Stel nu eens dat niet zwart, maar wit aan zet is in deze stelling. Bij een correcte verdediging eindigt de partij ook dan in remise.
1.Kd6 (1.Rh7 Rg6=)
1...Re3 (1...Rg6+?? 2.e6 Kf8 3.Ra8+ Kg7 4.Kd7 Rg1 5.e7)
2.e6 (2.Ke6 Rd3?? 3.Ra8+ Rd8 4.Rxd8+ Kxd8 5. Kf7 wint)
a) (2...Kd8 3.Ra8+ Kc7 4.Re8 Rh3 5.Kf7 Rh7+ 6.Kg6 Rh=)
b) (2...Kf8 3.Rb7 (3.Ra8+ Kg7 4.Ra5 Rb3 5.Rd5 Ra3 6.Ke7 Ra7+ 7.Ke8 {en wit komt niet verder.})
3...Re2 4.Rf7+ Ke8=)
2...Rd3+ 3.Ke5 Re3+ 4.Kd5 Re1=
Maar hoe zit het wanneer wij de stelling één rij naar rechts verplaatsen? Dan verandert er iets. Zwart heeft dan niet meer de verdediging met Th3. Helaas voor hem is er geen veld i3! Dus loopt het verkeerd af wanneer hij met de koning probeert te ontsnappen via de lange kant. Binnenkort weer even terughalen wat ingeslepen hoort te zijn?
Maak het je eigen, wellicht zien we elkaar volgend jaar dan terug aan het bord in een soortgelijk toreneindspel?
3-5 verlies thuis. Weer wat uurtjes schaaktraining gehad, daar worden we sterker van.