Vorige week dinsdag bleef het lang spannend in de Crabbehoeve. Pas ruim na elven werd in de laatste zes (!) partijen ruim gewonnen van Erasmus. De Erasmianen hadden wellicht een uitspraak van hun humanistische voorvader in gedachten: "Wat is er zotter dan om welke redenen ook een strijd aan te gaan van dien aard dat beide partijen er meer nadeel dan voordeel van ondervinden?" (verslag van John van de Laar)

Maar ja, wij moesten met slechts één matchpunt uit de voorgaande wedstrijden echt wel strijden voor de winst: 6-2

Het begon niet best:
In een vlaag van verstandsverbijstering -of zoals u wilt- voor "de Lof der Zotheid", speelde onze eerstebordspeler John 1. Pc3 d5 2. e4 dxe4 3. Pxe4 Pc6 4. NPf3 Lg4 5. Lc4 Pe5??

 

6. Pxe5 (1-0)

Medespeler: “John staat na 5 zetten verloren door met grote bambi-ogen in een bekend valletje te trappen.”

De koffie was nog niet eens op! Aan bord drie had Victor in diezelfde tijd al 20 zetten gedaan en vanaf zet 5 stond het bord in vuur en vlam. Eerlijk is eerlijk, deze keer kon Victor er niets aan doen: Topscorer van de Tweede Klasse A Pim Kleinjan koos voor het bekende offer tegen de Hollandse verdediging, dat  je met enige regelmaat kan zien in de Leningrader van dezelfde opening. Direct de koningsstelling slopen via de h-lijn en vol in de aanval. Opletten geblazen!


De 1-1 werd met wit aan het tweede bord gescoord door Adri. De Rotterdamse zwartspeler kwam met veel plaagstootjes op de proppen. Die speldenprikjes waren wel erg vaak met de zwarte dame, die daarmee veel tijd kwijt was. Adri speelde om al die drukte heen en won uiteindelijk een vol stuk.  In de persconferentie vlak na de gelijkmaker  verwoordde de trotse witspeler  het partijverloop als volgt:
“Een mooie partij langs de Europese slagvelden van de Slavische en Franse openingen. Ik kreeg de gelegenheid mijn tegenstander in de tang te nemen en na wat aarzelende zetten in de opening kwam hij nooit meer los. Je hoorde mijn tegenstander kraken en toen het doek gevallen was speelde hij nog een paar zetjes door “om het even te verwerken”. Na zoveel nederlagen voor het derde team weet ik hoe dat voelt.”

Daarna bleef het lang stil. Snelle rekenaars kwamen met de prognose van een kleine overwinning: Henk vocht op de open g-lijn om het initiatief;
Arie had een lichte ontwikkelingsvoorsprong met zwart in een qua structuur vrij evenwichtige stelling;
Theo tobde met een achtergebleven pion op c3;
Ton had een pionnetje geofferd zonder enige compensatie;
Otto’s punt had menigeen al geteld na een ruil van twee stukken voor een toren en twee pionnen;
Ondertussen trachtte Jan-Willem Versloot in de Interne Competitie een verprutst middenspel te transformeren naar een remiserend eindspel… Koos Abee leek niet voornemens hier aan te willen meewerken.

"Moriae encomium, sive Stultitiae laus" moet Victor gedacht hebben. Zoveel landmijnen als dat hier werden neergelegd door de Erasmiaanse topscorer, pfff…. De Rotterdamse supporters  Cor en Gilles kregen goede hoop op een puntje aan bord 3, maar Victor stapte niet mis. Met zijn zeebenen liep hij breedlachend om de landmijnen heen, stelde mat in 2 nog even uit, om vervolgens toch de witte koning de nek om te draaien. Victor in de nazit: “Ja, ik heb wel eens gekeken naar dat kwaliteitsoffer tegen mijn Hollands, maar ik heb het nooit serieus kunnen nemen.”

Otto bleef ondertussen geduldig in een betere stelling. Zwart kon zich geen Dameruil permitteren, want dat zou de stelling vereenvoudigen, wat in Otto’s voordeel zou zijn.

Ton Hobé was vrij duidelijk over zijn eigen stelling: “De één investeert in materiaal, de ander investeert in tijd.” Even stond hij zelfs twee gezonde centrumpionnen achter, maar Ton had even zitten rekenen en zag dat het allemaal net paste:

 
Volgens de toeschouwers was dit de cruciale stelling bij Ton.
Zwart heeft net gedurfd teruggeslagen op c4 en na Tc1 lijkt het er eng uit te zien voor zwart:
1…Dg4 31.h3 of eerst De8+?
Met stukwinst op c8? Oh nee, toch niet. Zwart dreigt mat achter de paaltjes. Ton had nu een betere stelling, zeeën van tijd en hij combineerde zijn tegenstander vakkundig naar mat en/of stukverlies. (3-1)

Arie kwam vanuit het Konings-Indisch op het oog steeds beter te staan. Sterke zwarte paarden op d3 en f4 gaven het initiatief aan Arie. Wit kon een paard afruilen, maar er bleef een sterk paard op f4. De stelling op zet 29:
 

“In deze stelling speelde ik 29  Pxh3 gevold door 30 Db3? Pf2. (Kxh3 Dd6+, gxh3 Dxf3+)
Daarna werden alle stukken afgeruild en met een pionnenmeerderheid van 6 tegen 4 gaf m’n tegenstander op. Dit was de 1e overwinning sedert maart 2013 extern.” (4-1)

Nog iets langer geleden dan de voorlaatste bondsoverwinning van Arie schreef Erasmus over de vrijheid van mensen en de vrede. In 1516 schreef hij de  vorstenspiegel Institutio, Opvoeding van een christelijke vorst, voor de jonge koning van Spanje, de latere keizer Karel V. Daarin stelt hij dat de mens vrij is en dat een christen daarom niet tiranniek mag heersen over christenen en hen niet als slaven mag behandelen.
In diezelfde eeuw schreef hij ook zijn beroemdste werk ‘De Lof der Zotheid’ dat in 1560 voor het eerst in het Nederlands werd gepubliceerd. Deze eerste vertaling was van de hand van Johan Geillyaert en verscheen in Emden. Het is maar dat je het weet als je een volgende keer tegen Erasmus speelt.

Theo Jiskoot had ondertussen andere zaken aan zijn hoofd.

 

“Hier speelde ik pion d4, misschien was e4 beter? Na  …d5 en afruil van de c-pion kreeg zwart met paard a5, toren c8 en loper f5 veel druk op mijn c-lijn.”

Vervolgens werd in het middenspel het paard op c3 geruild (bxc3, want de d-pion was al weg), zodat er weer een pion op de c-lijn kwam. De achtergebleven c3-pion was nog steeds een zorgenkindje. Zwart zat daarentegen met ingegraven lopers op f7 en g7. Zwart deelde de lakens uit op de Damevleugel:
“Na verdubbeling van de zwarte torens op de c-lijn en de druk op a3 na dame a4 en loper f8 probeerde ik een tegenaanval door het centrum.”  Volgens de toeschouwers was dit zeker niet zonder risico, maar Theo neutraliseerde de damevleugelaanval en pakte het initiatief over.
De uitleg van Theo aan die toeschouwers:
“Zwart dreigde met de doorgeschoven d4-pion op c3 te slaan en een vrijpion te creëren. Na afruil en opschuiven van de centrumpionnen viel ik pion g5 aan met een Dameschaakje. Hierdoor werkte de grootscheepse afruil op de damevleugel  in mijn voordeel: een eindspel met 2 lichte stukken en allebei nog een dame, inclusief pluspion.
Na een aantal zetten dreigde zwart met schaak op g1. Dit leek gevaarlijker dan het er uitzag, want de Koning stond na het schaak vrij veilig op h3. Onder dekking van het paard schoof de e-pion in enkele zetten naar de zevende rij door. Beiden hadden intussen nog maar enkele minuten bedenktijd Uiteindelijk was promotie van de e-pion niet meer te voorkomen en gaf zwart met minder dan een minuut bedenktijd  op.” (De winst binnengehaald met een tussenstand van 5-1)

Ook na een pionnenstorm van zwart hield Otto het hoofd koel. Hij zette zijn zware stukken op de centrumlijnen en hield de druk op de zwarte stelling. Op het moment dat Jan-Willem Versloot na zijn remise in een ongelijk lopereindspel kwam kijken naar het volgende bordpunt voor Dordrecht 3, ging het alsnog mis. Otto zag dat de stukken van zijn tegenstander zeer effectief samenwerkten in de aanval op zijn koningsstelling en hij hield het niet meer droog. De zwarte aanval sloeg door, 5-2.
 
In de laatste partij van de avond was Henks druk op de g-lijn getransformeerd in een zwakke h-pion. Zwart ging de h-pion vrij eenvoudig ophalen en vervolgens op techniek met zijn eigen h-pion de overkant halen. De 5-3 leek al definitief. Beide heren kozen ervoor om met minder dan drie minuten op de klok voor een waar spektakel te zorgen. Henk offerde zijn paard op de f-lijn, maar Jan Smit zette alles op het doorduwen van zijn h-pion en het slachten van nog een pion. Met een sluwe tussenzet (pion f3) moest plots de zwartspeler zijn paard geven en vergooide hij de winst. Het duurde nog zo’n zet of 15, maar het pionneneindspel met een paard extra werd uiteraard gewonnen. Teamuitslag: 6-2.

De Zotheid van Erasmus kunnen we achter ons laten en met nog twee wedstrijden te gaan weet Dordrecht 3 wat het te doen staat.

   Klasse 2A
1. SOF/DZP 1        5  10 30
2. Zwijndrecht 1    5  8  28½
3. De Pionier 1        5  6  22½
4. Hoeksche Waard 1    5  5  17½
5. Erasmus 3        5  4  17
6. Maassluis 1        5  4  16
7. Dordrecht 3        5  3  18
8. De Penning 1        5  0  10½

Ronde: 6
ma 08 feb     Maassluis 1        - De Pionier 1
wo 10 feb     De Penning 1        - Dordrecht 3
do 11 feb     Hoeksche Waard 1    - Erasmus 3
vr 12 feb     Zwijndrecht 1        - SOF/DZP 1

Ronde: 7
ma 07 mrt    Erasmus 3        - De Penning 1
di 08 mrt    Dordrecht 3        - Maassluis 1
wo 09 mrt    SOF/DZP 1        - Hoeksche Waard 1
do 10 mrt    De Pionier 1        - Zwijndrecht 1