Dordrecht 1 kampioen van de RSB na knotsgekke wedstrijd bij Shah Mata

Als later terug wordt gedacht aan dinsdagavond 26 maart 2019, de dag dat de RSB zijn eerste kampioen kent sinds de splitsing RSB/KNSB, dan zal door de meeste aanwezigen worden gedacht: het is ongelofelijk dat Dordrecht die wedstrijd nog heeft weten te winnen! En toch was deze wedstrijd heel typerend voor een seizoen met vele pieken en dalen. Mooie overwinningen op een paar topteams en 2 vervelende nederlagen. Een seizoen waarin werd gedacht dat het kampioenschap definitief in Spijkenisse werd verspeeld. Na een misstap van Charlois Europoort tegen Messemaker in de 8e ronde wisten wij wat ons te doen stond. We moesten deze wedstrijd winnen om zeker te zijn van het kampioenschap.

 

Met deze spanning zaten we iets over 8 uur achter de borden. Dat de druk bij ons lag werd in het eerste uur al duidelijk. Op bord 8 speelde Piet een snelschaakpartij tegen Frans Frishert , hij won ergens een pion en wikkelde al snel af naar een lopereindspel met een pion meer. Dit was iemand van het kaliber van Piet wel toevertrouwd. Echter doordat zo snel werd gespeeld, leek hij zijn hand te hebben overspeeld en kwam in een verloren eindspel terecht. Ons geluk was dat zijn tegenstander vrolijk mee deed met snelschaken. Uiteindelijk werden de handen geschud en bleek dat het remise was geworden, beide heren hadden zeker kans op meer.

Daarnaast dacht ondertekende op bord 2 een hele leuke twaalfde zet gedaan te hebben. Echter verloor dit direct een paard. Stelling weg, stuk minder en hopen dat er nog kansen gaan komen. Daarnaast hadden Cor en Roland het op bord 4 en 7 lastig tegen de op papier sterkere spelers van Shah Mata. Daar stond tegenover dat Mark, Rik, Joop en Jacques degelijk uit de opening kwamen, dit had echter nog niet een materieel voordeel opgeleverd.

Dat we wat support konden gebruiken was duidelijk, gelukkig waren Dordtse supporters al vroeg in de wedstrijd gekomen om hun team aan te moedigen. Dit bleek ook hard nodig, want de kampioenskoorts leek even daarna in volle hevigheid toe te slaan.

Dat Mark hier weinig last van had bleek niet lang na de remise van Piet. Hij had met wit een comfortabele stelling opgebouwd die uiteindelijk een vol stuk opleverde. Zijn tegenstander zag geen compensatie voor het in te leveren stuk en gaf direct op.

Toch bleef het ongelofelijk spannend aangezien Cor steeds verder naar achteren gedrukt werd en de tijd langzaam een rol ging spelen. Roland had een hele moeilijke stelling door een inschattingsfoutje. Hij stond in een vervelende penning en verloor de grip op de partij. Dit leken twee gegarandeerde nullen te worden. Daarnaast had ondertekende wel iets aan materiaal terug gewonnen maar was zijn stelling nog steeds een stuk minder dan zijn tegenstander. Rik leek daarnaast niet door de stugge stelling van Paul de Freytas te komen en de stelling van Joop was nog gelijkwaardig te noemen. Alleen Jacques had twee paarden tegen een toren weten te bereiken, maar daar was ook nog niet geheel duidelijk of dit voldoende zou zijn voor de winst. Alles bij elkaar zag het er toch bijzonder somber uit en leek deze laatste speelavond uit te lopen op een deceptie.

De resultaten vielen na een tijdje doorspelen ineens kort achter elkaar. Roland kon zijn stelling niet meer houden en verloor van de sterke David Mesman. Daarnaast bleek ook het verzet van Cor gebroken en moest ook hij zijn koning omleggen. Daar stond tegenover dat Jacques het tegenspel van zijn tegenstandster kon pareren en dit om kon zetten in een knappe winstpartij.

Dus bleven er 3 borden over: Rik, Joop en mijzelf. Daarvan was ik zelf als eerste van de drie klaar. Nagenoeg de hele partij heb ik tegen een mindere stelling aan moeten kijken. Echter kwam ik steeds beter in de partij. Ik kon wat tegenspel genereren, een toren tegen een loper terugwinnen, de

stelling gecompliceerd houden en hopen. Door wat onnauwkeurigheden kreeg ik daarna een steeds comfortabelere stelling en twee vrijpionnen. Een bijkomend probleem was dat ik op een gegeven moment in tijdnood kwam. Echter bleef ik de juiste zetten vinden en bleek het wonder te geschieden. Ik wist het eindspel net wat nauwkeuriger te spelen wat resulteerde in een vol punt. Het zou wat zijn geweest dat uitgerekend ik als teamleider het beslissende verliesbord zou worden!

Toen zag het er opeens heel anders uit, met nog twee borden te gaan en een 3,5-2,5 voorsprong. Beide partijen leken namelijk op een remise uit te lopen. Dit totdat Rik zich lelijk verrekende in een pionneneindspel. Hij bleek achteraf een gewonnen stelling te hebben maar overzag een sterk pionoffer van Paul. Opeens moest hij toestaan dat Paul sneller promotie had en zijn pion nog twee velden verder moest om te promoveren. Echter had Paul een hele akelige tijdnood die hem nog zou kunnen opbreken. Zo makkelijk was het nog niet. De spanning leek Paul toch te veel te worden. Hij stond toe dat Rik zijn pion nog een veld verder kon opschuiven en de pattrucjes begonnen vorm te krijgen. Toen Paul uiteindelijk niks anders meer kon doen dan de pat te accepteren, kwamen we ook hier heel erg goed weg!

Dan was het nog hopen op minimaal een remise van Joop, beide met vrij weinig tijd. Echter was de stelling al behoorlijk versimpeld. Gelukkig koos zijn tegenstander toen voor een afwikkeling waarin Joop alleen maar kon winnen. Om de winst en het kampioenschap veilig te stellen, bood hij remise aan. Dit werd geaccepteerd!

Zo kropen we in deze laatste wedstrijd werkelijk door het oog van de naald. Het reeds gedegradeerde Shah Mata had zijn huid heel duur verkocht en eigenlijk was het nog schandalig dat we hier met de overwinning naar huis zijn gereden. Aan de sportieve plicht was zonder meer voldaan.

Toch mogen we na een heel wisselvallig seizoen met een heel tevreden gevoel zeggen dat we de terechte kampioen van de RSB zijn geworden! De eerste sinds de splitsing van de RSB/KNSB. Het was een lang en zwaar seizoen met maar liefst 9 wedstrijden in de hoofdklasse van de RSB. Dit naast de wedstijden voor de KNSB, KNSB-beker en RSB-beker. Uiteraard gaat ook mijn dank naar de invallers Iwahn, Adri en Marcel. Alle drie hebben ze het goed gedaan op de weinige momenten dat we een invaller nodig hadden. Ook zij kunnen zichzelf kampioen noemen!

Op naar het volgende seizoen, dan gaan we een poging doen om titelhouder te kunnen blijven!

 

Lennard